Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht (de G4-steden) zochten afgelopen week het nieuws met hun wens om zelf snelheidshandhaving te organiseren met eigen flitspalen. Op radio en televisie maakte dat heel veel los. Naar het Vlaamse voorbeeld werd een idee van ruim twintig jaar geleden weer eens afgestoft. Toen heette het de bestuurlijke boete. Het is een mix van zelf bepalen waar er wordt gehandhaafd en het zelf incasseren van de opbrengsten.
Twintig jaar geleden was de grootste angst dat gemeenten een tandje bij gingen zetten op het moment dat de financiering van speeltuintjes niet rond kwam: een weekje extra handhaven in het verkeer levert dan als snel de benodigde middelen op. Ondertussen doen we dat natuurlijk al ruim dertig jaar gewoon wel met parkeren. Parkeergeld is omgedoopt tot parkeerbelasting en een parkeerboete heet een gemeentelijke naheffingsaanslag parkeren. De gemeente heeft de kosten van de aanleg van he parkeerareaal, kosten voor inrichten heffing parkeerbelasting en de kosten van de handhaving. Daar tegenover staan de reguliere parkeeropbrengsten, opbrengsten parkeervergunningen en de naheffingsaanslagen.
Is het een goed idee om met verkeershandhaving ook die kant op te gaan? Ik vraag het mij af. Een goed verkeersveiligheidsbeleid is vooral gebaat bij structurele aandacht voor verkeersveiligheid, ook als er niet of nauwelijks ernstige ongevallen plaatsvinden. Daarvoor is een structureel overleg met de verkeersadviseurs van de politie noodzakelijk. De werkwijze van de Werkgroep Blackspot Amsterdam (WBA), waar politie, gemeente en GVB structureel samenwerken aan verkeersveiligheid, is hierbij een lichtend voorbeeld. Op basis van ongevalsgegevens wordt met metingen nagegaan of snelheid ongevalslocaties een structureel probleem zijn. Als dat zo is, dan kunnen flitspalen worden geplaatst, of de locatie opgenomen in de locaties van mobiele flitsers. In de jaren ’00 heb ik deze werkgroep een aantal jaren mogen leiden. Op locaties die ertoe doen, kunnen na goed overleg gewoon flitspalen worden geplaatst, maar meestal zijn (kleine) infrastructurele aanpassingen veel effectiever.
Daarnaast is het beter om het plaatsen van flitspalen aan een onafhankelijke derde partij over te laten, om te voorkomen dat er bijvoorbeeld flitspalen komen te staan op de fietsroute van de kinderen van de burgemeester van huis naar school, om maar eens een voorbeeld te noemen. Je wilt geen situaties zoals de gemeente Soest, waar er in het verleden snelheidscamera’s op alle invalswegen zijn geplaatst, uitgerekend de woonplaats van de baas van het BVOM destijds. Dezelfde gemeente, waar in de jaren ’80 en ’90 met minimale middelen de meeste subsidie voor duurzaam veilig werden binnen geharkt. Die blijkbaar onvoldoende werkten, waardoor flitspalen nodig waren.
Daarentegen is het verstandig om het herinvoeren van de PV-vergoeding te overwegen. Dat is een beetje erkenning voor de bijdrage die gemeentelijke BOA’s leveren aan de handhaving van de situatie in de openbare ruimte.
Wat vind jij ? Reageer!
Overigens is het zo dat bij wet is geregeld dat de inning van gemeentelijke parkeerheffingen de kosten niet mogen overschrijden. Een gemeente verliest dus altijd op betaald parkeren en handhaving daarvan. Geldt dit ook voor handhaving op snelheid?
Verhogen van verkeersveiligheid zou altijd het doel moeten zijn, niet het genereren van inkomsten.
Je haalt leges en parkeerbelasting door elkaar. Leges mogen niet meer dan kostendekkend zijn. Amsterdam houdt netto meer dan 200 miljoen over aan gefiscaliseerd parkeren. Dankzij het parkeerfonds kon ik daar jaren van aan het werk. “We hebben er thuis goed van gegeten”, zei een oud-collega bij zijn afscheid.